Cherry keek haar kamer rond. De ruimte was vijf bij zes, bevatte een eenpersoonsbed, een kledingkast en een nachtkastje. Op de deur hing een passpiegel en ze had een groot raam met lavendelkleurige gordijnen. Gelukkig had ze haar eigen kamer gekregen, maar ze moest wel gebruikmaken van de gezamenlijke badkamer. Haar gezicht betrok even. Ergens was de academie wel leuk, maar ze miste de luxe van thuis. Nouja, nu had ze tenminste nog een bed. In de weekenden werd ze er al op uitgestuurd om een nacht in de wildernis te gaan kamperen, over een paar weken zou ze dat elke nacht moeten doen! Een rilling liep langs haar ruggengraat. Ze moest echt wat gaan doen, anders bezweek ze onder die nare gedachten! De brunette plofte neer op haar bed en pakte een roze toilettas onder het bed vandaan. Ze had een aantal dingen voor haar pokémon gekocht, om ze te verzorgen. Dit was een mooi moment om dat uit te proberen.
Ze pakte haar pokéballs en klikte ze open. Voor haar verschenen een Bulbasaur en een Pachirisu. “Wie wil er eerst geborsteld worden?” vroeg ze grijnzend. Lavender, haar Pachirisu, sprong meteen als een gek op en neer, lanceerde zichzelf in haar schoot en krulde zich op. “Dat lijkt me duidelijk.” Lachte Cherry. Ze keek naar Chester, die het zich gemakkelijk had gemaakt op haar kussen. Wonder boven wonder was ze zich gaan hechtten aan de twee pokémon, iets wat ze eigenlijk niet voor mogelijk had gehouden. Nu was Lavender echt ontzettend schattig en zelfs Chester had zo z’n charmes. Toch vond ze de meeste pokémon nog steeds groot, eng en vies, maar sommigen vielen mee. Ze viste een haarborstel uit de toilettas, het had lange zwarte haren en een houten handvat. In gelijkmatige bewegingen liet Cherry de borstel op Lavenders vacht glijden. “It’s empty in the valley of your heart, the sun is rising slowly as you walk.” Zong ze zachtjes, terwijl ze zo bezig was. Pachirisu kirde tevreden en ging op haar rug liggen, zodat ze bij haar buikje kon. Cherry glimlachte en wierp even een blik op Chester. Die lag met zijn ogen dicht op het kussen en genoot zichtbaar van de zonnestralen die door het open raam vielen. “So come out of your cave walking on your hands and see the world hanging upsidedown.” Zong ze verder. Ja, haar wereld stond nu aardig op z’n kop.